Ik ben nooit een held geweest wanneer het ging over enge films. Vreselijk vond ik ze, nachtmerries had ik ervan. Vooral erg leuk dat toen ik, wanneer ik een tiener was, er een ware hype was rond Scream, I Know What You Did Last Summer, en meer van dat soort ongein bestond. En juist dat waren de films die mijn vriendinnen heerlijk vonden, die op elk verjaardagsfeestje moesten worden gedraaid en het liefst deel 1 t/m 4 achter elkaar. Ik heb vooral nare herinneringen aan From Dusk Till Dawn. Toen mijn vader me op kwam halen, trok ik snel een sprintje naar de auto.
Ik heb ook nooit gesnapt dat mensen naar Horror Marathons gaan kijken. Vrienden van mij zijn er dol op. Nou, mij niet gezien. Dat levert me een aantal slechte nachten op, hoor. Ik kan me nog herinneren dat ik The Ring keek in een volle tent op Lowlands. Een paar jaar later, toen ik een kamer huurde in Almere, ging om zeven uur ’s ochtends de telefoon. In mijn slaapdronken hoofd viel ergens een kwartje en iets fluisterde “Seven Days….” Het resulteerde erin dat ik een week lang niet naar mijn televisie heb durven kijken. En for the record, ik was toen 21 jaar oud. Enge films? Nope, niet voor mij.
Is angst een keuze?
Angst is een keuze, schreef ik laatst. Maar ik kom er een klein beetje op terug. Angst is inderdaad een keuze en je kunt er iets aan doen. Maar sommige angsten zijn gewoon niet reëel. Zijn niet te bevatten. Tuurlijk kan ik er iets aan doen, maar aangezien het niet levensbepalend is en ik niet dagelijks als een angstig konijntje bibberend over straat ga, vind ik het wel best. Maar soms, soms steekt het weer de kop op.
Toen ik zwanger was van Monster!2, bijvoorbeeld, en wij seizoen 2 van The Walking Dead keken. In mijn zwangere slaap vol met dromen, kreeg ik nachtmerries van zombies die ons huis binnen kwamen. Ik heb uren wakker gelegen om te verzinnen hoe we het beste van de tweede verdieping af konden komen met een baby en mijn zwangere lijf (iets met matrassen eerst, vent erop, baby laten vallen, en daarna ik. Of vent en ik andersom, dat kon ook). Het kostte even voordat we weer verder konden kijken. Overigens zijn we tegenwoordig helemaal bij hoor, met The Walking Dead. En kijk ik van een gore zombie, TWD-stijl, niet meer raar op.
Het meisje onder het bed
En nu, vanavond. Vriendlief is vanavond niet thuis. Die doet een rondje Friesland en Groningen, en komt morgen pas terug. En juist dat moment, in de situatie dat ik dus vanavond in mijn eentje op de bank zit, komt Monster!1 naar me toe, in zijn pyjama met zijn knuffeldekentje tegen zich aan geklemd.
“Mama, mama, dat meisje wil mijn knuffeldekentje pakken!”
Het is donker buiten. De lichten boven zijn wel aan, en ik sta in de badkamer een tandenborstel van peutertandpasta te voorzien. Ik kijk op. “Huh? Welk meisje?”
“Dat meisje, daar!” Hij wijst in zijn kamer. Ik kijk om het hoekje.
“Ik zie geen meisje, vent.”
“Daar, daar!,” Hij springt bijna op en neer. “Onder het bed!”
Ergens in mijn hoofd klikt iets. Godsakker, de adrenaline giert door mijn aderen. Visioenen van jaren terug, scenes van The Ring dringen zich op aan mijn netvlies. Het meisje onder het bed is bleek, heeft lange zwarte ongewassen haren dat in strengen voor haar gezicht hangt. En is helemaal weggekropen in de verste hoek.
No fucking way dat ik dus onder dat bed kijk.
En nu zit ik beneden op de bank. Maar helemaal lekker zit ik toch niet. Want straks moet ik alléén naar bed en daar zit best wel een ruimte onder. Heb ik straks een meisje onder mijn bed? Ik geloof dat het nog even gaat duren voor ik naar boven ga.
Zucht.